Exodus 30:1-10 Het reukofferaltaar

Je moet een altaar maken voor het branden van reukwerk; gebruik er acaciahout voor. Het moet vierkant zijn, één el lang en één el breed, en twee el hoog; de horens moeten er één geheel mee vormen. Overtrek de bovenkant, alle zijkanten en de horens met zuiver goud en breng rondom een gouden rand aan. Bevestig aan twee kanten onder de rand twee gouden ringen. Zet ze aan tegenover elkaar liggende zijden; ze zijn bestemd voor de draagbomen waarmee het altaar gedragen wordt.

0Shares
Lees meer ...

Exodus 30:22-33 De zalfolie

De HEER zei tegen Mozes: ‘Neem de fijnste specerijen: vijfhonderd sjekel dikvloeibare mirre, half zoveel geurige kaneel – tweehonderdvijftig sjekel dus -, tweehonderdvijftig sjekel geurige kalmoes en vijfhonderd sjekel kassia, alles volgens het ijkgewicht van het heiligdom, en een hin olijfolie, en bereid hieruit heilige zalfolie, een geurig mengsel zoals een reukwerker dat maakt.

0Shares
Lees meer ...

Exodus 31:1-11 De vaklieden

De HEER zei tegen Mozes: ‘Ik heb Mijn keuze laten vallen op Besaleël, de zoon van Uri, de zoon van Chur, uit de stam Juda. Ik heb hem uitzonderlijke talenten geschonken, wijsheid, vakmanschap en inzicht op allerlei gebied: hij kan ontwerpen maken en ze in goud, zilver, koper en brons uitvoeren, hij kan stenen snijden en zetten en hout bewerken en hij beheerst ook allerlei andere vaardigheden.

0Shares
Lees meer ...

Exodus 31:12-18 De sabbatsrust

De HEER zei tegen Mozes: ‘Zeg tegen de Israëlieten: “Neem wel steeds Mijn sabbat in acht, want elke generatie opnieuw is die dag voor Mij en voor jullie een teken dat eraan herinnert dat Ik, de HEER, jullie geheiligd heb. Neem de sabbat in acht, want het is voor jullie een heilige dag. Wie hem schendt, moet ter dood gebracht worden;

0Shares
Lees meer ...

Exodus 32:1-12 Het gouden stierkalf 1

Het volk wachtte lang op Mozes. Toen hij maar niet van de berg afkwam, verdrongen ze zich om Aäron en eisten van hem: ‘Maak een god voor ons die voor ons uit kan gaan, want wat er gebeurd is met die Mozes, die ons uit Egypte heeft geleid, weten we niet.’ Aäron antwoordde: ‘Neem dan uw vrouwen, zonen en dochters hun gouden oorringen af en breng die bij mij.’ Hierop deden alle Israëlieten zonder aarzelen hun gouden oorringen af en gaven die aan Aäron. Alles wat ze hem brachten smolt hij om en hij goot er een beeld van in de vorm van een stierkalf. Het volk riep uit: ‘Israël, dit is je god, die je uit Egypte heeft geleid!’

0Shares
Lees meer ...

Exodus 32:13-26 Het gouden stierkalf 2

Denk toch aan Uw dienaren Abraham, Isaak en Israël, aan wie U onder ede deze belofte hebt gedaan: “Ik zal jullie zo veel nakomelingen geven als er sterren aan de hemel zijn, en het hele gebied waarvan Ik gesproken heb zal Ik hun voor altijd in bezit geven.”’ Toen zag de HEER ervan af Zijn volk te treffen met het onheil waarmee Hij gedreigd had. Mozes keerde zich om en ging de berg af. De twee platen met de verbondstekst droeg hij bij zich. Aan beide kanten waren ze beschreven, aan de voorkant en aan de achterkant. De platen waren Gods eigen werk en het schrift dat erin gegrift was, was Gods eigen schrift.

0Shares
Lees meer ...

Exodus 32:27-35 Het gouden stierkalf 3

Hij zei tegen hen: ‘Dit zegt de HEER, de God van Israël: Gord je zwaard om, jullie allemaal, doorkruis het kamp in de volle lengte en breedte en dood iedereen die je tegenkomt, al is het je broer, vriend of verwant.’ De Levieten deden wat Mozes hun had opgedragen, en zo kwamen er die dag ongeveer drieduizend Israëlieten om. ‘Vandaag hebt u zich aan de HEER gewijd,’ zei Mozes, ‘door u zelfs tegen uw zonen en broers te keren.

0Shares
Lees meer ...