Page 2 of 14
1 2 3 4 14

Genesis 6:5-22 Noach 1

De HEER zag dat alle mensen op aarde slecht waren: alles wat ze uitdachten was steeds even slecht. Hij kreeg er spijt van dat Hij mensen had gemaakt en voelde zich diep gekwetst. Ik zal de mensen die Ik geschapen heb van de aarde wegvagen, dacht Hij, en met de mensen ook het vee, de kruipende dieren en de vogels, want Ik heb er spijt van dat Ik ze heb gemaakt. Alleen Noach vond bij de HEER genade. Dit is de geschiedenis van Noach en zijn nakomelingen. Noach was een rechtschapen man; hij was in zijn tijd de enige die een voorbeeldig leven leidde, in nauwe verbondenheid met God. Hij had drie zonen: Sem, Cham en Jafet. In Noachs tijd was de aarde in Gods ogen verdorven en vol onrecht.

0Shares
Lees meer ...

Genesis 7:1-16 Noach 2

Toen zei de HEER tegen Noach: ‘Ga de ark in, samen met je hele gezin, want Ik heb gezien dat jij als enige van deze generatie rechtschapen bent. Van alle reine dieren moet je zeven mannetjes en hun wijfjes meenemen, van de onreine dieren moet je er twee meenemen, een mannetje en zijn wijfje, en van de vogels weer zeven mannetjes en wijfjes, om hun voortbestaan op aarde veilig te stellen. Want over zeven dagen zal Ik het veertig dagen en veertig nachten op de aarde laten regenen; dan zal Ik alles wat er bestaat van de aardbodem wegvagen, alles wat Ik heb gemaakt.’ Noach deed alles zoals de HEER het hem had opgedragen.

0Shares
Lees meer ...

Genesis 7:17-24 Noach 3

De vloed overstroomde de aarde veertig dagen lang. Het water steeg en de ark werd opgetild, zodat hij van de aarde loskwam. Het water op aarde nam steeds maar toe, hoger en hoger steeg het, en de ark dreef op het water. Het water bleef voortdurend toenemen, zelfs de hoogste bergen kwamen onder te staan.

0Shares
Lees meer ...

Genesis 8:1-14 Noach 4

Toen dacht God weer aan Noach en aan alle wilde dieren en het vee bij hem in de ark. Op Zijn bevel begon er een wind over de Aarde te waaien, waardoor het water afnam. De bronnen van de oervloed en de sluizen van de hemel werden gesloten, zodat het ophield met regenen. Geleidelijk vloeide het water weg van de Aarde; na honderdvijftig dagen begon het te zakken. Op de zeventiende dag van de zevende maand liep de ark vast op het Araratgebergte. Het water zakte voortdurend verder, en op de eerste dag van de tiende maand werden de toppen van de bergen zichtbaar.

0Shares
Lees meer ...

Genesis 8:15-22 Noach 5

Toen zei God tegen Noach: ‘Ga de ark uit, samen met je vrouw, je zonen en de vrouwen van je zonen. Laat ook alle dieren die bij je zijn naar buiten gaan: vogels, vee en alles wat op de aarde rondkruipt. Ze moeten weer vruchtbaar zijn en talrijk worden en de aarde bevolken.’ Hierop ging Noach naar buiten, samen met zijn zonen, zijn vrouw en de vrouwen van zijn zonen.

0Shares
Lees meer ...

Genesis 9:1-17 Noach 6

Toen zegende God Noach en zijn zonen, Hij zei tegen hen: ‘Wees vruchtbaar en word talrijk en bevolk de aarde. De dieren die in het wild leven, de vogels van de hemel, de dieren die op de aardbodem rondkruipen en de vissen van de zee zullen ontzag en angst voor jullie voelen – ze zijn in jullie macht. Alles wat leeft en beweegt zal jullie tot voedsel dienen; dit alles geef Ik je, zoals Ik je ook de planten heb gegeven. Maar vlees waarin nog leven is, waar nog bloed in zit, mag je niet eten. En Ik zal genoegdoening eisen wanneer jullie eigen bloed, waarin je levenskracht schuilt, wordt vergoten; Ik eis daarvoor genoegdoening van mens en dier.

0Shares
Lees meer ...

Genesis 9:18-29 Noach 7

De zonen van Noach, die samen met hem uit de ark waren gekomen, heetten Sem, Cham en Jafet; Cham was de vader van Kanaän. Met de drie zonen van Noach begon de verspreiding van de mensheid over de hele aarde. Noach was landbouwer en legde als eerste een wijngaard aan. Hij dronk van de wijn, werd dronken en ging in zijn tent liggen, zonder kleren aan.

0Shares
Lees meer ...

Genesis 10:1-20 Nakomelingen van Noachs zonen 1

Dit zijn de nakomelingen van Sem, Cham en Jafet, de zonen van Noach; na de zondvloed kregen zij zonen. Zonen van Jafet: Gomer, Magog, Madai, Jawan, Tubal, Mesech en Tiras. Zonen van Gomer: Askenaz, Rifat en Togarma. Zonen van Jawan: Elisa en Tarsis; andere nakomelingen van Jawan: Kittiërs en Dodanieten. Van hen stammen de mensen af die verspreid over de kustgebieden leven, elke familie en elk volk in zijn eigen land en met zijn eigen taal. Zonen van Cham: Kus, Misraïm, Put en Kanaän. Zonen van Kus: Saba, Chawila, Sabta, Rama en Sabtecha. Zonen van Rama: Seba en Dedan.

0Shares
Lees meer ...
Page 2 of 14
1 2 3 4 14